De woningen gaan we maken van circulaire CLT wanden en vloeren. CLT staat voor ‘cross laminated timber’. Grote platen van aan elkaar gelijmde houten latten. De gevels zijn prefab panelen bekleed met biobased isolatiemateriaal (Rc>7m2K/W), houten kozijnen voorzien van vacuüm glas, houten delen, en ecologische gevelpanelen. Aan de zuid of zuidwest gevels zijn serres aangebracht als verruiming van de leefruimte in voor- en naseizoen, als thermische buffer en ruimte om ventilatie lucht voor te verwarmen. De toevoer van lucht naar de serre gebeurt met een grondbuis.
De daken worden uitgevoerd als groendaken, geschikt voor kruiden en grassen. Langs de dakranden komen grotere plantenbakken, die enerzijds gebruikt kunnen worden om voedsel te verbouwen en aan de buitenkant, door hangend groen, als een natuurlijk zonnescherm fungeren.
De toegepaste materialen worden toegevoegd aan de door Superuse ontwikkelde database. In deze database staan ‘materiaalpaspoorten’ met essentiële informatie over productiewijze en samenstelling. De woningen worden zo geconstrueerd en gedetailleerd, dat bij eventuele afbraak onderdelen en materialen hergebruikt kunnen worden. Op lange termijn kan zo een wereldwijd overzicht ontstaan van waar alle gebouwen, materialen en installaties zich bevinden. In het gunstigste geval hoeven nieuwe grondstoffen dan niet meer gewonnen te worden, maar kan voor nieuwbouw worden geput uit de bestaande voorraad, ook wel urban mining genoemd
hoe
BIO-based isolatiemateriaal
Vacuüm-glas
Urban Mining
‘Door extra goed te isoleren houden we het energieverlies heel laag.’